Probleem #55
Ben je geïnteresseerd in onze brochure met allerlei tips & tricks voor een optimale voorbereiding voor het toelatingsexamen van arts of tandarts? Het is volledig gratis! ? Klik dan hier ? om het in je mailbox te ontvangen. ?
Probleemstelling
Sucrose is een suiker met als brutoformule C_{12}H_{22}O_{11}, hoeveel koolstofatomen zitten er in 6.8g sucrose?
<A> 144 * 10^{21}
<B> 144 * 10^{23}
<C> 6.02* 10^{21}
<D> 6.02 * 10^{23}
Oplossing
Voor het aantal deeltjes te kunnen berekenen met deze gegevens moeten we eerst het aantal deeltjes in mol berekenen. Dit kan met de molaire massa. Aangezien de brutoformule gegeven is kan dit via het PSE:
M(sucrose) = 12*M(C) + 22*M(H) + 11*M(O)
= 12*12+12*1+11*16
= 144 + 22 + 176 = 342
Nu kunnen we het aantal deeltjes sucrose berekenen in mol
n = m/M
= 6.8/342
= 680/342 * (1/100)
= 2/100 = 0.02 mol sucrose.
(Merk op: we rekenen niet met de exacte waarden omdat de opties ver genoeg uit elkaar liggen)
Gevraagd is het aantal deeltjes koolstof. In elk molecule sucrose zitten 12 deeltjes koolstof, dus:
n(C) = 12*2/100 = 24/100 mol koostof
Omgezet naar aantal deeltjes:
N(C) = 12*2/100 = 24/100 *6 ,02*10^{23} = 144 * 10^{21} deeltjes koolstof.
Het antwoord is dus optie <A>.